vrijdag 17 juli 2015

Manifest School of Relevance

Scholing van Aandacht

Inleiding

Gebrekkig onderwijs, pedagogische routine en een stijl van lesgeven die, bewust of niet, cynisch is in zijn louter utilitaire doeleinden, zijn rampzalig. Ze rukken hoop de wortels uit. Slecht onderwijs is, bijna letterlijk, moorddadig en metaforisch gezien, een zonde. Het verlaagt de student, het reduceert het onderwerp dat wordt gepresenteerd tot grijze zinloosheid. Het druppelt in het bewustzijn van een kind of de volwassene het bijtendste zuur, verveling, het moerasgas van saaiheid. ‘(George Steiner; het Oog van de Meester)

In de turbulente tijden waarin we leven is onze visie op leren en ontwikkelen aan een grondige herziening toe. Ondanks vele pogingen om het onderwijs interessant en relevant te maken, vraagt deze tijd om dit proces van leren en ontwikkelen volledig om te draaien. Het gaat er niet om het onderwijs interessant maken maar het interessante, relevante als uitgangspunt van leren te nemen. Werken vanuit relevantie betekent de vinger leggen op het vitaalste in de mens en toegang zoeken tot de essentie en de kern van de integriteit van een kind of volwassene. En dat vereist Meesterschap. Een Meester dringt binnen, breekt open, hij kan braakleggen om uit te wissen en op te bouwen.

Leren is alleen mogelijk voor diegenen die leren zichzelf te volgen om van daaruit het geheel te dienen. En dat heeft alles te maken met weten wie je bent en waar je vandaan komt. Je karakter en de ervaring van gemeenschappelijkheid zijn belangrijker dan skills. En dat kan op vele manieren. Eén daarvan is the School of Relevance, mijn gedroomde school waarin het relevante in- en uitgangspunt van het leren is. Waarin Meesters op diverse gebieden beschikbaar zijn om te spiegelen op relevante vragen van Leerlingen, hen hun diepste intenties leren te (her) ontdekken en daarmee hen dwingen tot een grensoverstijgende beweging en ervaring. En deze ten dienste te stellen van de gemeenschap.  


2      De weg naar binnen is de weg naar buiten

De School of Relevance is een leerwerkgemeenschap die aan jonge mensen, aan de start van hun carrière , ruimte biedt aan hun ontwikkeling door het openen van nieuwe perspectieven in wat het in dit dynamische, turbulente tijdperk betekent medewerker, mens en medemens te zijn. En toekomstig leider. Zingeving, zicht op impact en verbindend vermogen zijn essentiële kenmerken van dat leiderschap en vormen daarmee dus ook de ruggengraat van de SoR. 

De School wil ruimte bieden voor richting, relatie, resultaat en rekenschap.Met reflectie en analyse als sterke basis.De School of Relevance wil een doorwaadbare Plaats zijn waar jonge mensen:
o   leren objectiever naar de werkelijkheid te kijken, ongestoord door mentale modellen/ frames;
o   leren zichzelf te begrijpen, te aanvaarden en te sturen;
o   leren nieuwsgierig te zijn, onzekerheid te verwelkomen en te verdragen/ kwetsbaar te zijn;;
o   leren te vertrouwen op hun kwaliteit hoe extreem de uitdagingen ook mogen zijn;
o   leren zichzelf te organiseren zonder de behoefte aan applaus of erkenning;
o   leren te opereren vanuit een open, ontvankelijke, afwachtende, stille mind zonder het voelen van de noodzaak om te oordelen of te labelen of het vroegtijdig innemen van een standpunt;
o   leren te leren van en samenwerken met anderen;
o   leren zowel rationeel analytisch te zijn als relationeel en intuïtief;
o   leren vrij te zijn van digitaal denken in zwart of wit maar juist de relaties tussen de verschillende elementen te duiden;
o   leren dankbaar te zijn voor en genieten van het werk dat ze mogen verrichten;
o   leren elke mogelijkheid te verwelkomen om zich te bekwamen in zijn of haar vaardigheden op het gekozen vakgebied maar zich ook ontwikkelen op het gebied van mededogen en inzicht, zelfs onder extreme omstandigheden;
o   leren af te zien van het najagen van de bedrieglijke veiligheid van zekerheid en stabiliteit;
o   leren in te zien dat aan alle problemen complexe oorzaken ten grondslag liggen;
o   leren polariserende dynamieken van deze tijd tegen te gaan;
o   leren in hun daden het vertrouwen te belichamen dat wij mensen ons door alles heen kunnen slaan als we maar samen zijn;
o   leren even zorgzaam en liefdevol voor zichzelf als voor anderen te zijn;
o   leren tijd te nemen voor rust, reflectie en vernieuwing;
o   leren met ernstige vreugde bij te dragen aan een mooiere wereld.

3      Aanleiding

When an old culture is dying, the new culture is born from a few people who are not afraid to be insecure. (Rudof Bahro)
Het antwoord op de uitzonderlijke vraagstukken van vandaag en morgen is niet gelegen in het verder optimaliseren van systemen en structuren maar in het realiseren van een nieuwe geestesgesteldheid, van een ander gevoel, een ander besef van relaties tussen mensen onderling.

Identiteiten worden vloeibaar. Van mens, merk, werk en wereld. Woorden die onze tijd beschrijven: chaotisch, onzeker, woelig, onbeheersbaar, turbulent, complex. Het leven verandert voortdurend, maar verandering is nooit willekeurig. Er zijn altijd oorzaken en condities. Verandering houdt nooit op en vloeit altijd zonder uitzondering en volkomen voorspelbaar voort uit één enkele oorzaak: identiteit.

Identiteit is de lens waardoor we de wereld interpreteren en aan de hand waarvan we onze reacties bepalen. Wie willen we zijn in dienst van deze tijd van voortdurende veranderingen? Waar gaat het in de kern om? Het onderzoeken van die kern vraagt een grote gevoeligheid en het  vermogen om te kunnen gaan met ontregeling en paradoxen. Noem het een Scholing van de Aandacht. En waar doe je dat beter dan in de buurt van een Meester? Wat we gewoonlijk onderzoek noemen, is binnen de School of Relevance een voortgezette masterclass waarin de leerling, novice, apprentice langzaam maar zeker begint te zien, te horen en ook te voelen zoals zijn of haar Leermeesters dat doen. Dit leerproces is transformationeel van aard. Het beïnvloedt de manier waarop je denkt en voelt; je verandert er fundamenteel door. En daarmee je leef- en werkomgeving. Voelbaar en waarneembaar!



4      De Meesters


Come to the edge, he said.
We don’t dare Master.
Come to the edge, he said.
And they came and he pushed and they flew. (Apollinaire)

Wat laat ik na of wat laat ik na? Nalatigheid of Nalatenschap? Iedereen die zijn vak verstaat, wil dat overdragen aan mensen die gretig zijn en willen leren. Een Meester is een Professional die zijn haar of zijn vak verstaat en is tegelijkertijd iemand die de diepere drive van zijn Leerling en van de Tijd verstaat en kent. Die in dienst wil staan van de enorme uitdagingen en extremiteiten waar we mee moeten, mogen dealen. Die weet dat van alle veranderkrachten identiteit het dwingendst is; ze is de essentiële overweging aan het begin, midden en einde van elke verandering. Ontdekken wie we (willen) zijn vraagt om Discipline, Doorzettingsvermogen, Vertrouwen en Toewijding. En om Aandachtig Aanwezig te zijn. Alleen Meesters zijn in staat om dit in Leerlingen wakker te maken.

Van de Meesters die verbonden zijn aan de School of Relevance mag verwacht worden dat ze:
  •   hun vak verstaan;
  •  geleerd hebben van voorspoed en tegenslag;
  • als geen ander het vermogen hebben en dit ook inzetten om het toekomstig potentieel van hun Leerlingen aan te spreken;
  •  een onkreukbaar vertrouwen hebben in de grootsheid en goedheid van de mens;
  • zich met hart en ziel inzetten om een leefbare wereld te realiseren;
  • een atmosfeer weten te creëren waar vanuit compassie geleerd mag worden aan het vergroten van vertrouwen en vreugde;
  • de uitdagingen tegemoet treden met speelse ernst vanuit het besef dat spel en vreugde, een speelse geest een belangrijke voorwaarde is om te leren;
  • leerlingen ondubbelzinnig steunen, uitnodigen, uitdagen om het geleerde te integreren en toe te passen in hun dagelijkse leven;
  •  
 





Tiengemeten



Ruim op tijd komen we aan op het parkeerterrein aan de Nieuwendijk. Aan de overkant van het Vuile Gat ligt Tiengemeten, onze bestemming. We stappen uit en strekken onze benen en verbazen ons over de stilte. Geen geluid van motor en airco, slechts het ruisen van de straffe wind, het murmelen van het water en tsjirpende insecten. Zeemeeuwen zeilen zijwaarts door de lucht. Libellen dansen stilletjes over de rietpluimen. Een zwerm spreeuwen dwarrelt boven het Haringvliet, valt uiteen en sluit weer aan. Een stijgend stipje hoog boven ons en een wegstervend lied. Een leeuwerik? Een man met lieslaarzen werpt zijn hengel uit in het kabbelende water van het haventje. Het mijmeren begint. Mijn gedachten golven over de grenzen van de tijd naar een ver verleden. Vakantie op de eilanden. De vroege ochtenden waarop ik samen met mijn vader viste. Of beter, hij viste en ik gooide mijn hengel uit, uren turend naar de dobber die maar niet onderging. Af en toe gooide ik een bolletje lokaas in het water rond de dobber en genoot dan van de school vissen die daarop afkwam. Weemoed. 

Een klas schoolkinderen stapt uitgelaten uit een afgeladen bus. Op het terras drinken we onze koffie. Vier mannen uit het Groene Hart. Luc vertelt over zijn beeldende ingreep in een bestaand 19e eeuws gebouw, de Karantijn, op de oostpunt van het eiland. Hij is erg benieuwd wat wij er van vinden.
Een paar minuten voor één uur komt Mark aangereden. Net op tijd rijdt hij zijn Green Wheels op het pontje dat op het punt staat uit te varen. Met een gulle lach stapt hij op ons af. Hij is blij ons te zien en net als Luc erg nieuwsgierig wat wij van de Karantijn vinden. Hij wil graag met ons van gedachten wisselen over een passende manier om de bezoekers over deze historische plek te informeren.

Enthousiast vertelt Mark over Tiengemeten. Over de bever. Over de Theunisbloem. De zeearend en al die andere tienduizenden vreemde vogels die hier neerstrijken. De vele verrrekijkers om de nekken van onze medepassagiers getuigen van het unieke karakter van dit gebied.

De overtocht duurt maar een paar minuten maar in die korte tijd neemt Mark ons mee naar het ontstaan van het eiland en vertelt over droogvallende slijkplaten die uitgroeiden tot zo’n tien ‘gemeten’, zeg maar 5 hectaren grond. Over de inpoldering vanaf de achttiende eeuw totdat het zijn huidige omvang kreeg, een eiland van ongeveer zeven kilometer lang en twee kilometer breed. In de twintigste eeuw waren er plannen om het bij Rotterdam te trekken, een vliegveld aan te leggen, een kerncentrale te bouwen en vervuild slib te storten. Het werd uiteindelijk nieuwe natuur. Daarvoor moesten de boeren, die hier eeuwenlang graan, aardappels en bieten verbouwden, van het eiland af, vond Natuurmonumenten. De laatste boer vertrok in 2007 en maakte plaats voor een weergaloze natuur. En voor een toenemende stroom bezoekers. Hoe lossen we het parkeerprobleem op dat daarmee ontstaat?

We meren aan in het kleine haventje van Tiengemeten. Op de kade staat Hugo, een heerlijke Hagenees die Luc en mij de vorige keer ‘gered’ heeft door ons op een onmogelijke tijd naar de Karantijn en weer terug naar de haven te rijden. Dit keer proppen we ons met zijn vijven in de Citroen C1 en rijden westwaarts over een slingerende dijk langs prairieachtige weides waar een paar Hooglanders grazen. Een folly in de verte.

Zo’n tweehonderd meter  van de Karantijn stopt Mark en stelt voor dit laatste stuk er naar toe te lopen. In stilte lopen we door kniehoog gras en langs rijen bloeiende vlier in de richting van Luc’s her-schepping. Is dit décor? Echt of bordpapier? Een rekwisiet? Wat is de functie? Het is kapot, verwaarloosd. Nee, toch niet... Gaan ze dit nog restaureren of conserveren? Als ik dichter bij kom blijkt het echt te zijn. Het bouwsel is zo oud als het lijkt. Vervlogen huiselijkheid. ‘Unheimisch’.
Langs de betonnen vloer die van buiten door het huis loopt, groeit al groen. In het midden liggen  karkasjes naast een nestje dat uit de nok van het dak gevallen is. Een kreupel onvolgroeid kauwtje zit ernaast. We zijn aangedaan door de aanblik er van. Luc pakt het kauwtje en vraagt wie het uit zijn lijden wil verlossen. Iedereen kijkt weg en zwijgt.  Het beeld versterkt de weemoed die we allen ervaren op dat moment. Het huis en het kauwtje laten ons niet onberoerd.  De vergankelijkheid verbeeld, letterlijk gelaagd...prachtig en beklemmend. Ik voel opluchting als we de dijk oplopen.  Ieder in zijn eigen tempo. Dus dit is wat Luc al zag. Over de betonnen vloer die van buiten door het huis loopt, stappen we op de dijk. Zeilbootjes. Een verdwaalde orchidee. Bij de herberg eet ik witbrood met te harde kroketten terwijl het kreupele kauwtje water drinkt uit de hand van Luc. Bij het verlaten van de Herberg zet Luc het kauwtje in de struiken.

Voordat we de auto instappen luister ik nog even naar de straffe wind die door het riet giert. Een grauwgans met wel 10 kleine kuikentjes waggelt naar het water. “Goed opletten, kindjes, “zei Moeder Gans in mijn verbeelding en wees de kindjes op een prachtig futenballet een paar meter bij hen vandaan. De balts der baltsen. Een fenomenale choreografie. “Kijk, dat is nou Liefde,” sprak de Moeder. We stappen in en weten dat we weer terug zullen komen. Wat een eiland.

woensdag 1 juli 2015

Sunweb



Bij metrostation Spaklerweg stap ik uit. Het bonkende geluid van heipalen. Drie hijskranen dansen op eenzame hoogte. Op een van de kranen lees ik Max Hijsvermogen. Zal de bestuurder wel zijn. Kronkels in mijn geest. Zie in 1 keer de parallel tussen besturen en hijskranen. Hoe wordt de hijscapaciteit bepaald? Wanneer knikt de mast? Ik sta even stil en vind op internet het antwoord : het hijsvermogen van kranen is afhankelijk van veel factoren. Belangrijkste is echter dat hij stevig verankerd moet zijn en niet meer moet hijsen dan hij aankan. Een goede machinist weet dat. Zouden die andere bestuurders op grote hoogte zich ook moeten realiseren.

Het is vroeg, een strakblauwe hemel, bezwete lijven in erotisch dynamische hardlooppakjes, roeiers op de rivier. Op het terras van tHuis aan de Amstel zie ik mannen met grijze haren en mooi geklede vrouwen met elkaar in gesprek. Harry Starren maakt zich los van het gezelschap en ontvangt mij hartelijk. Ik ben blij dat hij mij heeft uitgenodigd. Hij is een meesterlijk verbindende verhalenverteller en ik erken daarin zijn meesterschap. Ik ben graag in zijn buurt al heb ik geen idee waarom hij mij heeft uitgenodigd. Dat verandert al snel als ik mij voorstel aan de eerste de beste dame van het gezelschap. Desirée.

Wie zal zeggen dat wat wij wensen werkelijk bestaat? Het is als met de wegen op aarde. Eerst zijn er geen wegen maar ze ontstaan als vele mensen in dezelfde richting lopen.’(Lee Sjuun) Het gesprek neemt geen aanloop. Is open, ongepland en onverwacht relevant.
Al snel blijkt dat we op dezelfde weg en in dezelfde richting lopen. Dezelfde droom delen: een school starten. Desirée vertelt over haar wensdroom mbo-scholen te stichten die uitgevallen of werkloze jongeren aan een baan helpen: De WijScholen. Klik. Ik ben ingehaakt. Ik vertel haar over het Ithaka project, mijn werken  met moeilijke doelgroepen. Over ontspoorde jongeren. En zijn zij ontspoord of wordt hen hun spoor ontnomen? Ik vertel haar over de uitgangspunten van mijn nieuwe initiatief: the School of Relevance. Niet proberen school interessant of relevant te maken maar het interessante of relevante ingang te laten zijn voor het proces van leren en ontwikkelen voor jonge pas afgestudeerde jongeren. Werken vanuit relevantie betekent de vinger leggen op het vitaalste in de mens en toegang zoeken tot de essentie en de kern van de integriteit van een kind of volwassene. En dat vereist Meesterschap.

Harry herneemt het woord, verbreekt zijn zwijgen en introduceert een aantal van zijn gasten en laat daarna weer het gesprek aan ons.

Naast een gedeelde wensdroom voor de toekomst blijken we ook een gedeeld verleden te hebben. Randgroepjongeren. Rieneke de gezinshulp. Het blauwe vluchtkoffertje. Ziekte en geweld. Meedelen is zo veel meer dan elkaar iets vertellen. Deel. Leed. Verleden. Verdelen. Delen in verbondenheid. We zoeken grenzen op die er vaak niet blijken te zijn. ‘This is where the energy is highest, when we meet at our true edges.’ (Christofer Bache; the Living Classroom) Alleen aan de rand wordt geleerd.

De Meester nodigde ons uit om naar de rand te gaan, hij keek, wij vlogen. Bij het afscheid nemen hoor ik Harry tegen An Kramer zeggen: ”Ik ga naar binnen. De rekening betalen.” De Harmonie glijdt zacht voorbij terwijl de hijskranen hun dansje doen aan de wal.

Dank je wel Harry. (Sunweb)