Net als iedereen ben ik anders dan anderen. Alleen lijkt het alsof de meeste mensen zich er bij neer te leggen dat ze als alle anderen behandeld worden. Lijken te berusten in dat het niet anders is of kan. Je zou het ook onverschilligheid kunnen noemen dat in mijn beleving niets anders is als de motor van vervreemding.
Dit weekend hadden Renée en ik een training bij het NIVON. Over gastheer en gastvrouwschap. Ik had er al totaal geen zin in maar stemde toch in met Renée haar wens om te gaan. Had ik maar mijn poot stijf gehouden. Het was weer erg gezellig, kabbelend en iedereen leek zich er wel bij te voelen. Ik niet. Gelukkig Renée ook niet. Wij zijn beiden nogal leergierig en willen graag de diepte in. Zodra gesprekken aan de oppervlakte blijven, haak ik af. Sluit ik mij af of neem de boel over. Om dat te vermijden, zijn we halverwege afgehaakt. Emotioneel hadden we al veel eerder ontslag genomen. Ondanks dat we prima gesprekken hadden met individuele deelnemers aan de training. Zodra we weer in de groep zaten, kabbelde het bootje weer rustig verder. En we zaten veel in de groep. De tijd moest goed gebruikt worden nietwaar?
Ieder mens heeft het nodig om ergens bij te horen. Dat zit diep verborgen in ons systeem. Noem het stammenbewustzijn. Een stam zorgt voor bescherming, geeft richting en controleert. ( exact dezelfde aspecten die Manfred Kets de Vries noemt als essentie van leiderschap) In iedere stam werden die eigenschappen geconcentreerd in meestal twee leiders. Het opperhoofd en de spiritueel leider of medicijnman. Wil een groep groeien naar een levende leerwerkgemeenschap, een Community of Practise, dan is sterk leiderschap een vereiste. Aandachtig aanwezig zijn. Grenzen stellend en ruimte biedend. Geen sinecure maar wel een sine qua non. Daarnaast: wil je bouwen aan een gemeenschap, dan moet dat in het juiste tempo gebeuren zodat je het geheel achteraf kunt lezen. En dan ook nog met de juiste mensen op de juiste positie.
Nadat we afscheid hadden genomen van de groep , reden we naar Carla en Wessel die 50 kilometer verder op wonen. Wat een verschil. Wat een warme ontvangst. Wat een aandacht. Noem het liefde. En dat gaat altijd gepaard met een gevoel van gezien, gehoord en begrepen worden. Om van daaruit te zien, te horen en te begrijpen. Of andersom, weet dat niet precies. En dat is anders dan het proberen iedereen naar de zin te maken. Heel wat anders.
zondag 30 september 2012
Zien of naar de zin maken
Net als iedereen ben ik anders dan anderen. Alleen lijkt het alsof de meeste mensen zich er bij neer te leggen dat ze als alle anderen behandeld worden. Lijken te berusten in dat het niet anders is of kan. Je zou het ook onverschilligheid kunnen noemen maar dat is in mijn beleving niets anders dan de motor van vervreemding.
Dit weekend hadden Renée en ik een training bij het
NIVON. Over gastheer en gastvrouwschap. Ik had er al totaal geen zin in maar
stemde toch in met Renée haar wens om te gaan. Had ik maar mijn poot stijf
gehouden. Het was weer erg gezellig, kabbelend en iedereen leek zich er wel bij
te voelen. Ik niet. Gelukkig Renée ook niet. Wij zijn beiden nogal leergierig
en willen graag de diepte in. Zodra gesprekken aan de oppervlakte blijven, haak
ik af. Sluit ik mij af of neem de boel over. Om dat te vermijden, zijn we
halverwege afgehaakt. Emotioneel hadden we al veel eerder ontslag genomen.
Ondanks dat we prima gesprekken hadden met individuele deelnemers aan de
training. Zodra we weer in de groep zaten, kabbelde het bootje weer rustig
verder. En we zaten veel in de groep. De tijd moest goed gebruikt worden
nietwaar?
Ieder mens heeft het nodig om ergens bij te
horen. Dat zit diep verborgen in ons
systeem. Noem het stammenbewustzijn. Een stam zorgt voor bescherming, geeft
richting en controleert. ( exact dezelfde aspecten die Manfred Kets de Vries noemt als essentie
van leiderschap) In iedere stam werden die eigenschappen geconcentreerd in
meestal twee leiders. Het opperhoofd en de spiritueel leider of medicijnman.
Wil een groep groeien naar een levende leerwerkgemeenschap, een Community of
Practise, dan is sterk leiderschap een vereiste. Aandachtig aanwezig zijn.
Grenzen stellend en ruimte biedend. Geen sinecure maar wel een sine qua non.
Daarnaast: wil je bouwen aan een gemeenschap, dan moet dat in het juiste tempo
gebeuren zodat je het geheel achteraf kunt lezen. En dan ook nog met de juiste
mensen op de juiste positie.
Nadat we afscheid hadden genomen van de groep ,
reden we naar Carla en Wessel die 50 kilometer verder op wonen. Wat een
verschil. Wat een warme ontvangst. Wat een aandacht. Noem het liefde. En dat
gaat altijd gepaard met een gevoel van gezien, gehoord en begrepen worden. Om
van daaruit te zien, te horen en te begrijpen. Of andersom, weet dat niet
precies. En dat is anders dan het proberen iedereen naar de zin te maken. Heel
wat anders.
vrijdag 28 september 2012
Man met een missie
Gemeenschappen hebben pas zin als mensen er zin in krijgen. Gisteren was mijn RDM dag. Hier ben ik betrokken bij de community vorming van
docenten die in innovatiteteams werken. Dit zijn multi discilinaire teams, soms
multi level die samen met het bedrjifsleven werken aan innovaties.
Een community of gemeenschap kan niet zonder een gedeelde geschiedenis. Zonder gedeelde
herinneringen die ontstaan door gemeenschappelijke ervaringen. In die zin is
het logisch dat RDM Campus nog geen gemeenschap is. Het is een geheel van
gemeenschappen. Je zou kunnen zeggen dat het allemaal fragmenten zijn die nog
niet met elkaar in lijn zijn. Vier verschillende domeinen: onderwijs, onderzoek, ondernemers en overheid. En ook in die
verschillende domeinen vele verschillende gemeenschappen. Verschillende teams
met ieder hun eigen opdracht. Een team
kun je ook beschouwen als een systeem met een eigen dynamiek, eigen opvattingen
over leiderschap en verantwoordelijkheid en de wijzen waarop besluiten worden
genomen.
En in ieder team kun je vaak meerdere subteams
onderscheiden. Met vertrouwen in elkaar en soms een ongezond wantrouwen naar de
boze buitenwereld. Wij tegen de organisatie. Ajax-Feyenoord. Of nog erger:
Utrecht- Ajax.
de waarde van waarom
Wie een waarom heeft om voor te leven, kan vrijwel elk hoe verdragen
(Nietzsche)
Gemeenschap begint
niet met gemeenschap. Gemeenschappen groeien naarmate het vertrouwen
onderling groeit. En dat gebeurt als we het gevoel ontwikkelen dat een mens of
een organisatie gedreven wordt door andere zaken dan eigenbelang. Gepaard met
het vertrouwen gaat het gevoel dat er sprake is van waarde. Echte waarde, niet
te verwarren met geld als schijnbaar belangrijkste waarde in onze westerse
wereld. Geld heeft waarde maar is op zichzelf geen waarde. Is wel een
overdrachtsmiddel maar niet in de zin van waarde dat je kunt zien als
uitdrukking van de overdracht van vertrouwen.
Vertrouwen verdien je door te communiceren en aan te
tonen dat je gemeenschappelijke waarden en opvattingen hebt. Je moet over je WAAROM praten en de bewijzen daarvoor
leveren met wat je doet. Klinkt een beetje zedenprekerig en dat is het ook. Ik ben niet alleen in het Hoe en
het WAT geïnteresseerd maar vooral in
het Wie en Waarom. Waarom?
waarom is RDM anders?
Wat is haar reason of being? Waar geloven de mensen
op RDM Campus in? Wat is hun gemeenschappelijke droom of nachtmerrie? Je zou
kunnen zeggen dat het WAAROM puur
een geloof is, het HOE de acties
zijn die we nemen om ons geloof te realiseren. Het WAT zijn de resultaten van die acties. Als deze drie in evenwicht
zijn, ontstaat er vertrouwen en krijgt de ander het gevoel dat er sprake is van
waarde. Als mensen zich niet bekommeren
om het Waarom van een gemeenschap, brokkelen de voordelen daarvan al snel af.
Waarom is Alje Bosma anders?
Lees wat opdrachtgevers over mij zeggen of beter
nog: neem eens contact op. 0654784228
donderdag 27 september 2012
Re-Minder
Ik stel mij
op rantsoen. Geen wijn meer, geen vlees meer. Ook de tijd ga ik rantsoeneren.
Als ik klaar ben met slapen, ga ik niet liggen woelen en draaien maar sta ik op
om mijn dagelijkse stukje te schrijven. Vandaag is dat vijf uur. Een korte
meditatie waarin ik bij de inademing tegen mijzelf zeg: Ik ben in de Ruimte en
bij de uitademing: en de Ruimte is in mij. Routines vervelen mij echter al snel
en ik besluit het zinnetje te veranderen in : Ik ben in de Orde en de Orde is
in mij. Grappig genoeg kom ik in dezelfde diepe ontspanning met deze zin.
Voordat ik
besluit te schrijven, bekijk ik even een filmpje van Peter Senge. Breaking the cycle of Fatalism. Vooral
het laatste zinnetje roept een reactie in mij op. “You have
to create an environment where people can shape their own future.” Ik
kan nooit zoveel met zinnetjes die beginnen met You of jij. Zal wel met mijn
moeite met instructie te maken hebben. Niemand vertelt mij wat ik moet doen.
Dat bepaal ik zelf wel. Laat
mij die zin dan eens omdraaien. You
have to create…. wordt dan I have to
create an environment where I can shape my own future. Of I have to create an
environment where you can create your own future. Of, I
have to create an environment where you can create my future. Klinkt
voor mij al een stuk beter, al klopt het nog niet helemaal. Resoneert het nog
niet volledig in mij. Kloppen is resoneren. Pas als het hart klopt, is er
sprake van resonantie. Hoe dieper de reflectie, hoe meer het resoneert in mij. Langzaam
word ik wakker.
Waarom heb
ik het zo nodig om mij zelf te onderscheiden van de ander? De nar in mij wil
mij meteen van dit onderwerp afleiden. Je
moet uitkijken dat je jezelf in het onderscheid niet onderschijt . Maar
misschien zit hier ook wel een waarheid in. Wellicht zijn wij zo in de shit
geraakt door onze voortdurende behoefte aan onderscheid en vergelijking. Onze Comparing Mind. Het deel dat zich
afscheidt van het geheel. Het is alsof wij de werkelijkheid bekijken door twee
verschillende ogen. Met het ene oog zien we een gefragmenteerde wereld. Met ons
andere oog zien we onszelf als deel van een groter geheel. Gelukkig heb ik maar
één oog anders zou ik er scheel van gaan kijken. Dank je, nar. Hoe breng ik nou
balans tussen die twee? Hoe leg ik nou die verbinding tussen structuur en
ruimte, orde en chaos, man en vrouw, geheel en deel?
Voor Plato is het intellect, de nous zoals hij dat noemde, de menner
die de teugels aantrekt. De schriele
wagenmenner die twee oersterke paarden moet bedwingen. Het vurige paard, Epithumia, wil je bij je geliefden, bij
de club houden. Het nobele paard Thumos, wil scoren en uitstijgen boven
de club. Beiden zijn de verbeelding van passies die een mens totaal kunnen
laten ontsporen.
De teugels
aantrekken en niet de zweep er over. Voor mij betekent dat de tijd nemen om
mijn gedachten te ordenen. Neem ik de tijd niet, dan neemt de tijd mij. En word
ik weer overgeleverd aan de waan van de dag. Ik ben blij dat ik weer vroeg ben
opgestaan vanmorgen.
woensdag 26 september 2012
Vlees noch wijn
Vandaag
opgestaan met een liedje van Raymond van het Groenewoud in mijn hoofd.
Gelukkig zijn, gelukkig zijn. Daarvoor wil
ik alles geven. Weg wat te teveel is. Geen stress aan mijn lijf. Gelukkig zijn.
Gelukkig zijn. Ik hoef niet te lang na te denken waarom dit lied nu bij mij
opkomt. Wat is bij mij te veel en mag dus weg? Ik sta al een tijdje op het punt
om te stoppen met wijn en vlees maar iedere keer vind ik een aanleiding om het
uit te stellen. Tegelijkertijd weet ik dat stoppen mij net zoveel zal opleveren
als dat het stoppen met roken zo’n 15 jaar geleden deed.
Ik zat bij
de cardioloog voor hartritme stoornissen. Mijn kinderen op schoot voor een
kwaal die ik zelf had veroorzaakt. Teveel roken, teveel koffie, te veel drank.
Ik was met alles redelijk onmatig. Of goed beschouwd, onredelijk onmatig. Voor
hetzelfde geld was ik door mijn leefstijl de pijp uitgegaan en hadden mijn
kinderen een leven zonder vader gekend. Ik heb mij toen vreselijk geschaamd en
stopte moeiteloos met koffie en roken. Gek dat moeiteloosheid ontstaat als je
een gevoel van noodzaak ervaart. In datzelfde jaar heb ik het Ja woord aan
Renée gegeven. En eigenlijk was dat veel meer dan dat kleine woordje.
Nu , 15 jaar
later ervaar ik eenzelfde gevoel van noodzaak
om het roer rigoureus om te gooien. De
inkomsten zijn te mager, mijn buik is veel te dik. De nering naar de tering en
de tering naar de nering.
Vanmorgen
heb ik een afspraak met Rianne in de Machinist,
nu een mooi café, eens een zeevaartschool. Moet altijd aan mijn vader denken
als ik hier ben. Mijn vader was ook machinist. Op de wilde vaart en later ook
in ons gezin. Zorgen dat de boel op stoom bleef en bleef drijven. Hij was net
als ik behoorlijk onmatig. Zware van Nelle, later omdat dat gezonder was, twee pakjes filter sigaretten per dag. Een
flinke borrel en vooral veel lekker eten.
Lees veel vlees. Af en toe hoor ik nog zijn stem. “Ik heb wel trek in
teen of tander. Stien, hebben we nog wat lekkers in huis?”
Ik heb een
hekel aan te laat komen en ben dan ook rijkelijk vroeg in de Machinist. Ik wil
het restaurant inlopen als de receptioniste aangeeft dat dat pas over een
kwartier kan. De zaal gaat om 11 uur open. Regels maken mij altijd wat rebels
en ik krijg de neiging om een ander café op te zoeken als ik in het winkeltje
tegenover de receptie een tas zie met een gedicht van Deelder. “Binnen de perken zijn de mogelijkheden even
onbeperkt als daar buiten.” Het thema waar ik de laatste tijd mee stoei.
Kan geen toeval zijn. Grappig tasje maar de prijs, 10,95, is werkelijk
belachelijk. Daar kan ik natuurlijk ook weer boos over worden maar besluit dat
niet te doen en zoek een plekje in de tochtige hal om verder te lezen in The Living Classroom van Christopher Bache. Een absolute aanrader
voor iedereen die geïnteresseerd is in leren en ontwikkeling. Over collectief
bewustzijn en collectieve intelligentie. Hierover later vast meer. Middenin een
prachtige passage hoor ik de stem van de receptioniste die zegt dat het
restaurant open is. Ik lees nog vlug het laatste deel: This is where the energy is strongest, when we meet our true edges.
dinsdag 25 september 2012
Springen
De leukste spelletjes zijn voor mij die met de minste
spelregels. Bij tikkertje gaat het er om zo snel mogelijk iemand af te tikken
en bij verstoppertje gaat het om zo snel
mogelijk iemand te vinden. Hoe simpel kan het leven zijn? In mijn werk ben ik
dan ook altijd op zoek naar het antwoord op de vraag welke minimale structuur
we nodig hebben om zoveel mogelijk ruimte te hebben om te leren, ons te ontwikkelen. Dat is de
basisvraag bij iedere klus die ik doe. Welke interventies kunnen achterwege
blijven, voegen niets toe en staan alleen maar verandering in de weg? Het gaat
dus om het elimineren van belemmeringen of beperkingen. Om te zorgen voor een
zo groot mogelijke vrijheid. Maar is dat wel verstandig?
Kunst leeft van
beperkingen en gaat dood aan vrijheid. Een uitspraak van Leonardo da Vinci. ’s Avonds kwam Bas langs. Bas is mede-oprichter van Iederwijs, de school waar onze kinderen en wij nog steeds met veel
vreugde aan terugdenken. Natuurlijk had ook deze school, waar de vrijheid van
kinderen om zelf vorm te geven aan hun leren, haar beperkingen. Desalniettemin zijn we blij dat we eens de
stap of noem het sprong hebben gemaakt. Een sprong in vertrouwen. Wat gebeurt
er als we jonge mensen zelf regisseur laten zijn van hun leerproces? Durven we
als ouder of als leerkracht de controle los te laten? Wat gebeurt daar op die
grens? Voor ons was dat in ieder geval veel leren. Leren gebeurt voor mij op de
grens van weten en niet weten. Maar wat is leren eigenlijk? Als ik mijn bijbel,
het etymologische woordenboek, er op na sla dan blijkt dat leren van lira afstamt. Het volgen van een spoor.
Dus niet het trekken van een spoor waar we leerlingen in zetten maar hen
volgen. En dat betekent in aandacht aanwezig zijn. Niets meer en niets minder. In die zin zou je
kunnen zeggen dat leren groeien in bewustzijn is. En heeft dat bewustzijn
grenzen?
Gesprekken met Bas zijn altijd gesprekken op de grens. Edge
conversations. Geen gezellig gebabbel maar meteen de diepte in. Over John Croft die stelt dat onze
toenemende behoefte aan meer heeft geleid tot een enorme complexiteit die niet
meer dienstbaar is aan de mensheid. Als een kankergezwel die zich ongelimiteerd
vermeerdert, zorgt onze comparing mind, ons verlangen naar meer, beter, verder
, er uiteindelijk voor dat we voor een keuze geplaatst worden. Of we maken een
evolutiesprong of we vreten onze omgeving kaal en leggen daarbij uiteindelijk zelf
ook het loodje. Precies hetzelfde als een kankergezwel doet. Hij eet zijn
omgeving op en als er niks meer te eten is, dan vreet hij zichzelf op. Voor
John Croft gaat het om in het vuur van die wanhoop te durven zitten. En van
daaruit verantwoording dragen voor het leven.
Als je het spel wilt
veranderen, moet je het meespelen, vertelt Bas nog. Doe je dat niet dan
loop je een sterk risico een slachtoffer te zijn en te blijven. Of je wordt de
speler. En die vrijheid of keuze heeft ieder mens. Alleen kun je die pas ervaren als je
aanvaardt wat is. Van daaruit ontstaat ruimte. En dat betekent ook het onder
ogen zien van wat niet altijd leuk of beperkend is. Om van daaruit een stap,
wellicht wel een sprong te maken.
1,2,3,4,5,6,7,8,9,10..Wie niet weg is, is gezien. Ik kom.
maandag 24 september 2012
Aandacht voor aanvaarding
Laat een diamant zich slechts slijpen door een sterkere
diamant, door een gelijke diamant of door zand? Een meerkeuze vraag waarvan ik
altijd dacht dat er maar één antwoord op mogelijk was. Alleen een sterkere
diamant is in staat om een andere diamant in facet te slijpen. Daarom
waarschijnlijk ook dat ik voortdurend op zoek was, ben naar ontmoetingen met
bijzondere mensen. Mensen die het
weten, wat dat het dan ook mag zijn. Mensen bij wie ik mij ook vaak klein voel.
Laten die mensen nu in toenemende mate mij bijzonder vinden….En zodra dat
benoemd wordt, maak ik mij weer klein en pak ik de ruimte niet die mij gegund
is.
Om de ruimte te vullen, is het eerst nodig om mijn plek in
te nemen. Zoveel is mij wel duidelijk. Ron Goudriaan van TU Holland vertelde vorige week een aardige anekdote over het
verschil tussen Nelson Mandela en Michael Gorbatsjov. Toen Mandela
binnenkwam, vulde de ruimte zich met zijn aanwezigheid. Gorbatsjov nam zijn plek
in achter het katheder en er gebeurde niets in zijn aanwezigheid met het
publiek. Wat is het verschil tussen deze heren die beide zo'n grote stempel
hebben gedrukt hebben op de wereld van nu? En, kan ik dat verschil ook in
mijzelf opzoeken en vinden?
En meteen
maakt schroom zich van mij meester. Ik kan en mag mijzelf toch niet vergelijken
met deze giganten? Hoezo niet? Volgens Isaac
Newton kon hij alleen maar tot zijn ontdekking komen door op de schouders
van giganten te staan. Hij gebruikte de inzichten van zijn voorgangers en van
zijn concurrenten als basis voor zijn werk. En dat doe ik ook. Ik mag graag de
uitspraak van Marianne Williamson
gebruiken die Mandela aanhaalde in zijn inaugurele rede:
Onze diepste angst is niet
dat we ontoereikend zijn.
Onze diepste angst is dat we oneindig machtig zijn.
Het is ons licht, niet onze duisternis
waar we het aller bangst voor zijn.
We vragen ons af:
Wie ben ik dat ik briljant, buitengewoon aantrekkelijk, getalenteerd en
geweldig zou zijn?
Maar waarom eigenlijk niet?
Je bent toch een kind van God?
Je moet je niet kleiner voordoen dan je bent
opdat de mensen om je heen zich vooral niet onzeker zouden gaan voelen.
We zijn geboren om de luister van God uit te dragen die in ons woont.
Niet slechts in enkelen van ons, maar in ons allemaal.
Als wij ons licht laten schijnen, geven we anderen onbewust toestemming om dat
ook te doen.
Als wij bevrijd zijn van onze eigen angst, bevrijdt onze aanwezigheid
automatisch anderen.
Ik heb deze tekst al
zoveel keer gebruikt en steeds weer
ontroert en inspireert hij mij diep. Vooral vandaag komt de zin: je moet je niet kleiner maken dan je bent
opdat de mensen om je heen zich vooral niet onzeker zouden gaan voelen,
stevig binnen. Tijd om mijn rug te
rechten en mijn plek in te nemen. Aanvaarden dat ik mijn eigen meester ben.
Wie? Ik? Ja, jij!
zaterdag 22 september 2012
Genoeg
Gisteren was
de dag van de Vrede maar daar was op Rotterdam Centraal niets van te merken.
Hier bonkt het nieuwe hart van Rotterdam. Het klinkt wat agressief. Een hart
klopt of het klopt niet.
In het
Groothandelsgebouw had ik een afspraak met Bob Hartog van Natuurmonumenten.
Dwalend door de gangen doemt het beeld op van de gevangenissen waar ik in een
ver leden heb gewerkt. Die zagen er aantrekkelijker uit dan deze portalen. Maar binnen in de ruimte van Natuurmonumenten
is het anders. Hier is duidelijk de menselijke maat gehanteerd. Veel hout en
kleur en een bijzonder hartelijke ontvangst. Vind ik altijd erg belangrijk. Ben
ik welkom?
Bob is zo’n
man die niet lang aan de oppervlakte blijft maar snel de diepte in wil. Ik ook,
dat scheelt. Al snel zitten we daar waar we elkaar ontmoeten en hebben een mooi
gesprek over idealen en cynisme. Bob is net al ik een grensgebiedverkenner. Het
gaat om uitproberen, om het zoeken naar het onbekende. Daarin gaat hij ver, is
het niet snel genoeg, behalve als het gaat om het elimineren van wat teveel is.
Een feest van herkenning en een goed begin van de dag. Goede gesprekken openen
wat soms afgesloten is. Na anderhalf uur nemen we afscheid en weten dat deze
ontmoeting een vervolg krijgt.
Bij de
ingang van het Groothandelsgebouw sta ik even stil en bewonder het nieuwe
CS. Een prachtig panorama. Het lijkt wel
op de zilveren voorsteven van een schip dat uit het niets verrijst. Imposant.
Daarachter de twee zwarte doodskisten van Anne Bonnema en op de Westersingel
het verleidelijke Calypso en de langzaam zichtbare Diamant van de nieuwe
Pauluskerk. Ik besluit om even bij dominee Couvée langs te gaan maar schrik af
van de drukte in het tijdelijke verblijf. Ik voel mij even een lafbek.
De dominee
heeft op mij een grote indruk gemaakt tijdens een Common Purpose bijeenkomst.
Hij is de opvolger van dominee Visser, een ikoon in Rotterdam. Dominee Couvée
heeft een compleet andere aanpak. Hij wil verbinden wat schijnbaar niet
verbonden kan worden. Yuppen samenbrengen met junks bijvoorbeeld. Het
grootkapitaal koppelen aan de grootste armoede. Ik stel mijn bezoek en mijn
aanbod om hem te ondersteunen uit en loop verder. Mededogen is mensenwerk, lees
ik nog net op een pamflet in het raam.
Op de
Hogeschool heb ik een afspraak met Stefan Persaud over projectmethodieken. Stefan
is docent bij het IPO, een opleiding die ik heb leren kennen als uiterst
kritisch en daarom waarschijnlijk ook zo aantrekkelijk voor mij. Anders dan
veel andere opleidingen heeft IPO een duidelijke mensvisie en een professionele
visie op het vak van een industrieel produktontwerper. De docenten, stuk voor
stuk, zijn ook mensen die grenzen opzoeken en daar hoort kritiek ook bij. Wel
aardig om te zien dat de etymologsche afkomst van kritiek het zelfde is als van
crisis en crucifix. Het kruis. Alles onderzoeken, in het vuur durven zitten en
daarna werken aan het vormgeven. Onderzoek en ontwerp in een mooie balans. “Kritisch
gissen en missen”, noemt Stefan dat proces. Betekent natuurlijk ook lekker
fouten mogen maken en daar niet op worden afgerekend.
Op weg naar
mijn volgende afspraak ontmoet ik een man die ik tijdens een visie bijeenkomst
heb ontmoet. Toen maakte hij een uiterst vitale indruk op mij. Nu zat er iemand
op de bank die volkomen uitgeblust en afgebrand leek. Levensmoe. Al jaren heeft
hij last van zware depressies maar hij lijkt er nu geen enkel verweer meer
tegen te hebben. Hij is op. Waar hij vroeger op basis van zijn wilskracht en
zijn volledig vertrouwen op de ratio zijn weg wist te vinden, is hij nu niet in
staat om zelfs maar zijn weg te vinden in de Albert Hein. Ik heb met zijn
goedkeuring meteen Ron Goudriaan van TU Holland gebeld. Kortgeleden maakte ik
Ron mee tijdens een presentatie van OMR en was onder de indruk van de complexe
eenvoud van deze methode die in korte tijd mensen in staat stelt om weer vanuit
de bron te putten in plaats van de bron uit te putten. Ik hoop dat Ron iets
voor hem kan doen.
Onderweg
naar huis kwam een mail binnen van de Gemeente Rotterdam dat ze mijn concept
voor teksten op de bruggen van de Blauwe Verbinding op Zuid bijzonder
gewaardeerd hebben. It gjit oan.
Mijn hart
klopt even sneller als ik door de menigte van CS het juiste spoor zoek.
woensdag 19 september 2012
Reflectie en Resonantie
Wie zijn leven ervaart als tegenwind, loopt doorgaans in de
verkeerde richting. De laatste tijd gaat het mij bijzonder voor de wind en maak
ik meters in mijn ontwikkeling. Een mooi woord: ONTWIKKELING. 12 letters en
midden in staat IKKE. Wie ben ik en waar ga en sta ik voor? Ik merk dat hoe
dieper ik durf te gaan in het stellen van die vraag, hoe meer het resoneert in
mijn buitenwereld. Zo binnen zo buiten. Met meer woorden: je buitenwereld is
een projectie van je binnenwereld. Ik krijg dan ook de klanten die ik verdien.
En die mij verdienen. Misschien moet ik
het woordje ver uit verdienen halen. Komt het dichterbij.
Gisteren ben ik door Vialis
benaderd voor een tweedaagse met de directie. Vialis houdt zich onder andere
bezig met dynamische verkeerssystemen. Je zou kunnen zeggen dat het bedrijf er voor zorgt dat mensen veilig en
snel van A naar B kunnen. Tijden veranderen en veranderende tijden vragen om
andere verbindende verhalen en met de vraag om hen te begeleiden in het formuleren van een
nieuwe missie kwamen ze bij mij.
Deze vraag trok mij ook weer naar binnen. Wat is mijn missie
en in hoeverre is die anders dan voorheen? Als ik mensen vertel wat mijn missie
in het leven is, dan geef ik meestal als antwoord: VERBINDEN. Ik breng mensen
aan tafel en haal naar boven wat vaak onder tafel verborgen ligt. En ik bezit
het vermogen om mensen daarop te verbinden. Mensen aanvaarden veelal snel mijn
spiegel. Dat is wel eens anders geweest. Had vast te maken met het ongemak om
in mijn eigen spiegel te kijken. Maar wat is er nu anders in mijn verhaal?
De laatste tijd merk ik dat mijn ideeën over verbinding zijn
verschoven. Eerst lagen die vooral op het horizontale vlak. Het versterken van
de relaties tussen mensen. Nu komt er een component bij die meer verticaal is.
Verbinding mogelijk maken door mensen aan tafel te krijgen en hen te verbinden
met wat onder en boven tafel verborgen
ligt. Zichtbaar maken wat nu nog vaak onzichtbaar
is.
2012 is door de VN
uitgeroepen als het jaar van de
co-operatie. Niet voor niks natuurlijk. We
zijn wel erg individualistisch geworden en op zich is daar natuurlijk niks mis
mee. Iedere actie roept een soortgelijke tegenreactie uit, nietwaar? Het is
niet meer dan logisch dat in deze tijd de nadruk ligt op het vinden van een nieuwe
balans. Meer gemeenschapszin . Alleen gemeenschap begint niet met gemeenschap. Het begint met een aantrekking, een blik, een
voorzichtige aanraking. Als ik bij de eerste blik mijn vrouw had besprongen,
was ze nu niet al 33 jaar mijn levenspartner geweest.
Vandaag ga ik bezig met een vervolg op de integratie-dag van
Philips van twee weken geleden. Philips
had Indal, een belangrijke
concurrent op het gebied van buitenverlichting overgenomen en aan mij was
gevraagd om deze team dag te faciliteren. Zorgen dat de verschillende partijen
op één lijn kwamen en zin kregen om verder met elkaar op te trekken. En dat
gebeurde. Er werd veel gelachen en gedeeld. Veel kwam op tafel. Nu is het zaak
om mensen blijvend te verbinden op een nieuw verhaal. En dan niet alleen de
medewerkers maar ook de markt. Die grensvlakken opzoeken en deze dan niet zien
als scheidingslijnen maar als verbindingslijnen. In die ruimte voel ik mij
thuis en en doe ik mijn ding. Omdat ik niet anders wil. Nu alleen nog een goed
voorstel schrijven. En kan ik mij voorstellen dat ik die vervolgklus ook krijg?
Ja. Als ik de spiegel maar aanvaard.
donderdag 13 september 2012
Nieuwsgierig
Het is voor mij moeilijk om van de schoonheid van de
schepping te genieten als ik naar de lijsttrekkers kijk die gisteren gewonnen
of verloren hebben. Wat een verbale diarrhee. Geen substantie, alleen gebabbel
aan de oppervlakte. Maar wat gebeurt er onder de oppervlakte? Crisis met nog
weinig zicht op catharsis. En toch is die waarneembaar als je met andere
blikken gaat kijken. Niet vanuit chagrijn maar vanuit nieuwsgierigheid.
Een goede vriend herstelt op dit moment van een ernstige
ziekte. Kanker. Zelf is hij eind 50 en heeft een dochtertje van 3 jaar. Het
mooie is dat hij zich niet laat leiden door angst maar door nieuwsgierigheid. In
zijn hele leven heeft hij nog nooit in het ziekenhuis gelegen en nu wordt hij
geopereerd en gaat hij van onderzoek naar onderzoek. Zelf doet hij dat ook.
Onderzoeker en Ondervinder in één. Of misschien zou je kunnen zeggen dat hij
ondernemer is van zijn eigen levenspad. Met alle risico’s van dien. Ik herinner
mij een mooie uitspraak van hem: “Je moet
je daar hechten waar je niet wilt zijn.”
Misschien is het wel het verschil tussen noodlot en
lotsbestemming. Veel mensen ervaren de tijd van nu als bedreigend noodlot dat
op hun pad komt en waar ze niet van weg kunnen. En intussen doen ze, we
allemaal pogingen om maar van het Pad af te gaan om daarmee niet de gevolgen
onder ogen te hoeven zien. Een beetje zoals kinderen zich verstoppen onder de
dekens en tegen zichzelf zeggen dat ze er niet zijn.
Vanavond heb ik een ontmoeting met bijzondere mensen. 5
mensen die allemaal uitblinken op hun vakgebied. Allemaal bouwers en
architecten. Grensgebiedverkenners die grenzen niet zien als scheidingslijnen
maar als verbindingslijnen. Die nieuwsgierig zijn naar wat er aan de andere
kant te vinden is. Het thema van vanavond is evolutiesprong. Blijven we
aanmodderen waarbij we pogen om met steeds strakkere sturing de opgaven van
deze tijd de baas te blijven of maken we binnen organisaties en binnen onszelf
een sprong naar een volgende laag? Wordt vervolgd!
woensdag 12 september 2012
JA
Ik ben ontstemd. Waar zeg ik ja tegen en waartegen nee? Aan welke stem geef ik gehoor? Die van het hoofd? Stemmetjes die altijd beginnen met als….dan. Of nog machtelozer: Ik zou willen dat…. Ik zou willen dat mijn dochter niet verliefd zou worden op die looser. Of ik zou meer geld willen hebben. Ik zou willen dat mensen eindelijk doorhebben dat Geert Wilders leidt aan een ernstige vorm van afasie. Om vervolgens te concluderen dat ik er toch niks over te vertellen hebt. En dan kan ik wel gaan zeuren, klagen of boos worden, de werkelijkheid wordt er niet anders op. Het enige dat gebeurt is dat ik pap in mijn benen krijg en lood in mijn schoenen. En rond is het cirkeltje van machteloosheid.
Grote ja en kleine ja. Iedere dag maken we duizenden keuzes. Allemaal kleine ja-tjes en nee-tjes. Andijvie of couscous? Links of rechtsaf? PVDA of VVD? Grote vragen lijken altijd te gaan om mogelijk grote omwentelingen. Kies ik voor die vrouw die mij uitdaagt om alles te geven wat ik heb, ook al is ze twintig jaar jonger, of moet ik toch meer op zoek naar iemand van mijn eigen leeftijd? Gelukkig zijn dit hypothetische en geen autobiografische vragen. Echt niet!
Gisteren een mooi gesprek gehad met een man van eind ’40 die twijfelt over een bestaan met een 20 jaar jongere vriendin. Zo hypothetisch was het dus niet. Een vriendelijk vitale vent met een bijzonder vitale vriendin. Zo op het eerste gezicht een leuk setje. Maar wat als er vragen uit je omgeving komen als: “Is dat je dochter?” Wat doet dat dan met je? In ieder geval deed het veel met de man die aan mij had gevraagd om hem op dit punt te spiegelen.
Wie liefheeft, stelt grenzen. Wie onverschillig is, tolereert. Ik begrensde hem door God aan tafel uit te nodigen. Hypothetisch dan. Hij mocht aan God één vraag stellen maar dat moest dan wel de goede zijn. God heeft natuurlijk veel meer vragen om te beantwoorden. Zijn vraag aan de Heer was hoe hij moest omgaan met een vrouw die 20 jaar jonger was. Voor God was deze vraag nog niet echt ‘spot on’ en vroeg de man om deze vraag mee naar huis te nemen en hier later op terug te komen. In het verhaal, al het lijden is te verdragen als het maar in een verhaal past, kwam naar voren dat de buitenwereld, de mening van men, wel erg belangrijk is. In mijn leven heb ik al vaak meegemaakt dat mensen liegen, bedriegen, moorden en verkrachten alleen uit de behoefte er bij te horen. Kijk maar naar Geert Wilders. Of naar mij. Gewaardeerd worden. Daarvoor doen mensen alles. Eén van mijn grote leermeesters, Byron Katie, was daar heel duidelijk over: “If I would have one prayer, it would be like this. O, Lord spare me from the desire of being loved, appreciated and validated.”
Angst is meestal de schaamte over ontmaskering. Of is het juist andersom? Ik vroeg wat zijn grootste angst was terwijl ik mijzelf die vraag ook stel(de). Wel gek eigenlijk, mijn grootste angst is zowel mijn grootste verlangen. Ontmaskerd worden en zichtbaar zijn zoals ik werkelijk ben. Gelukkig heb ik langzamerhand een aantal mensen om mij heen verzameld die dwars door mijn afweer heen prikken waarvan Renée, mijn vrouw, wellicht het meest dichtbij kan komen. En wat heb ik haar lang van mij afgehouden….Pas na een jaar of 15 kon ik mijn grote JA woord aan haar geven. En wat heeft mij dat een moeite gekost. Slapeloze nachten had ik vlak voor de huwelijksdag om uiteindelijk vanuit mijn hart JA tegen haar te zeggen. En in dat JA naar haar, zei ik JA tegen of voor het Leven. En iedere dag bevestig ik weer dat ene kleine woordje aan haar.
En nu moet ik naar de stembus van mijn vrouw. Kies ik strategisch of kies ik vandaag vanuit mijn hart?
Grote ja en kleine ja. Iedere dag maken we duizenden keuzes. Allemaal kleine ja-tjes en nee-tjes. Andijvie of couscous? Links of rechtsaf? PVDA of VVD? Grote vragen lijken altijd te gaan om mogelijk grote omwentelingen. Kies ik voor die vrouw die mij uitdaagt om alles te geven wat ik heb, ook al is ze twintig jaar jonger, of moet ik toch meer op zoek naar iemand van mijn eigen leeftijd? Gelukkig zijn dit hypothetische en geen autobiografische vragen. Echt niet!
Gisteren een mooi gesprek gehad met een man van eind ’40 die twijfelt over een bestaan met een 20 jaar jongere vriendin. Zo hypothetisch was het dus niet. Een vriendelijk vitale vent met een bijzonder vitale vriendin. Zo op het eerste gezicht een leuk setje. Maar wat als er vragen uit je omgeving komen als: “Is dat je dochter?” Wat doet dat dan met je? In ieder geval deed het veel met de man die aan mij had gevraagd om hem op dit punt te spiegelen.
Wie liefheeft, stelt grenzen. Wie onverschillig is, tolereert. Ik begrensde hem door God aan tafel uit te nodigen. Hypothetisch dan. Hij mocht aan God één vraag stellen maar dat moest dan wel de goede zijn. God heeft natuurlijk veel meer vragen om te beantwoorden. Zijn vraag aan de Heer was hoe hij moest omgaan met een vrouw die 20 jaar jonger was. Voor God was deze vraag nog niet echt ‘spot on’ en vroeg de man om deze vraag mee naar huis te nemen en hier later op terug te komen. In het verhaal, al het lijden is te verdragen als het maar in een verhaal past, kwam naar voren dat de buitenwereld, de mening van men, wel erg belangrijk is. In mijn leven heb ik al vaak meegemaakt dat mensen liegen, bedriegen, moorden en verkrachten alleen uit de behoefte er bij te horen. Kijk maar naar Geert Wilders. Of naar mij. Gewaardeerd worden. Daarvoor doen mensen alles. Eén van mijn grote leermeesters, Byron Katie, was daar heel duidelijk over: “If I would have one prayer, it would be like this. O, Lord spare me from the desire of being loved, appreciated and validated.”
Angst is meestal de schaamte over ontmaskering. Of is het juist andersom? Ik vroeg wat zijn grootste angst was terwijl ik mijzelf die vraag ook stel(de). Wel gek eigenlijk, mijn grootste angst is zowel mijn grootste verlangen. Ontmaskerd worden en zichtbaar zijn zoals ik werkelijk ben. Gelukkig heb ik langzamerhand een aantal mensen om mij heen verzameld die dwars door mijn afweer heen prikken waarvan Renée, mijn vrouw, wellicht het meest dichtbij kan komen. En wat heb ik haar lang van mij afgehouden….Pas na een jaar of 15 kon ik mijn grote JA woord aan haar geven. En wat heeft mij dat een moeite gekost. Slapeloze nachten had ik vlak voor de huwelijksdag om uiteindelijk vanuit mijn hart JA tegen haar te zeggen. En in dat JA naar haar, zei ik JA tegen of voor het Leven. En iedere dag bevestig ik weer dat ene kleine woordje aan haar.
En nu moet ik naar de stembus van mijn vrouw. Kies ik strategisch of kies ik vandaag vanuit mijn hart?
dinsdag 11 september 2012
Stakende stemmen
Vanmorgen word ik wakker met een stemmetje dat zegt dat ik
moet schrijven. Gewoon weer lekker om 5 uur opstaan en woordjes melken. Luister
ik naar die stem of draai ik mij weer om en probeer ik mij zelf weer in slaap
te woelen? Ook dat is natuurlijk weer een stemmetje. Naar welke stem ga ik dan
luisteren? Hoe weet ik nou wat goed voor mij is?
Stemmen. De hele dag door. “Doe dit. Laat dat.” In het
prachtige boek, Terug van nooit weggeweest, beschrijft Jan van Delden de lotgevallen van Odysseus die
na 20 jaren omzwervingen weer terugkeert naar Ithaka. Eindelijk thuisgekomen
moet hij nog de strijd aan met de 108 vrijers die dingen naar de hand van zijn
Penelope. 108 vrijers. Stemmen in je hoofd. Een voortdurend Ajax-Feyenoord. Ik
en de ander.
Morgen is het tijd om mijn stem uit te brengen. Een keuze te
maken uit het gekakel dat de laatste weken de media domineert. Stemmen is kiezen.
In mijn leven ben ik er wel achter gekomen dat als ik niet kies, er voor mij
wordt gekozen en dat laatste heeft het mij niet altijd gemakkelijker gemaakt. Alhoewel
ik dat ook weer betwijfel als ik het overdenk. Maar eigenlijk betwijfel ik
alles als mijn denken mij weer overneemt. Mediteren dan? Lekker stil worden van
binnen? Staken de stemmen dan? Eventjes. Totdat ik weer in de file sta, iemand
voorpikt bij de bakker of als ik Geert Wilders hoor praten.
Inmiddels is het half zeven en ik ben blij dat ik naar het
stemmetje heb geluisterd dat mij sommeerde om naar beneden te gaan om te
schrijven. Het doet mij goed als ik mijn woordjes melk. En waarom dat zo is? Ik
heb geen idee. “Je moet gewoon doen wat het is dat je niet kunt laten,” zou
mijn vader zeggen. En dankbaar zet ik een punt achter deze zin.
maandag 10 september 2012
Voorbij de Helpoort
Via de Helpoort en door de Poort van Waarachtigheid liepen
we toen we de koperen klanken van een fanfare orkest hoorden. We pakten een
picknickkleedje uit een kist en nestelden ons onder een oude linde. Eindelijk
kon de zware rugzak af. Zodra ik de klanken van een tuba hoor, tuiten mijn
lippen zich als vanzelf, bollen mijn wangen zich, krullen mijn mondhoeken
omhoog en blaas ik mijn partijtje mee.
Zielsgelukkig. Een blauwe lucht, een enthousiast orkest en mijn oudste dochter
die vertederd naar haar vader kijkt. Het orkest besluit na een Franse sessie
met Non, je ne regrette rien.
Geluk valt niet te
plannen. Het gebeurt je op momenten dat je het niet verwacht. Het ene
moment loop je te zeulen met een veel te zware rugzak in een veel te hete
septemberzon, het volgende moment lig je ontroerd op je rug te luisteren naar
bloasmuziek van Sint Cornelius uit Borgharen.
Geluk heeft met tijd niets te maken. Of misschien wel alles. Het hangt
er maar van af hoe je tijd definieert. De oude Grieken kenden daar twee begrippen
voor: Chronos, de onverbiddelijke,
lineaire tijd, de klok, en Kairos, de gepaste tijd, het kompas. De
tijd die niet verloren gaat en die je voelt bij overlijden of verliefdheid. Of
bij een optreden van een fanfareorkest of een volledig opgeruimd aanrecht. Tijd
die in sommige gevallen stil lijkt te staan en waarin JIJ niet meer degene bent die plant. Het overkomt je en dan niet
als Slachtoffer maar als Speler. Een essentieel verschil.
Geluk valt wel te
plannen. Of wellicht is het beter om te zeggen dat je
wel de omstandigheden kunt creëren waardoor het geluk jou kan vinden. Voor mij
betekent dat dat ik open sta voor mijn omgeving en dat ik mij kan laten
verrassen. Misschien zou je zelfs mogen
zeggen dat het een keuze is. Of je kiest er voor om Slachtoffer te zijn en te
blijven of je kiest er voor om Speler te zijn. Kiezen voor Verwarring of voor Verwondering? Verwarring gaat altijd
gepaard met vechten, vluchten, vermijden, verdringen, verharden, verstarren en
verzuren. Verwondering start met verbazen, verrassen, verbeelden en vreugde en
vrede. Een Veessie. Om van Verwarring in Verwondering te komen is het nodig om
de tijd te Vertragen en te Voelen. En versteld zijn wat in dat proces naar
boven wil komen.
Indal en Philips. Deze week was ik
facilitator bij de eerste teamdag van het nieuwe salesteam van Philips Indal. Philips heeft kortgeleden
Indal, haar grootste concurrent op het gebied van Outdoor Lighting,
overgenomen en mijn inschatting was dat er met name bij de Indal mensen
enige verwarring zou kunnen zitten. Ik had de dag ervoor alle mensen nageplozen
op Facebook en Linkedin en van een aantal mensen een duidelijk profiel
gekregen. Hoe meer iets gekend wordt, hoe groter het respect.
Zien, horen en begrijpen. Ik hield een
korte incheck ronde waarin mensen zichzelf voorstelden, vertelden welke rol ze
speelden in de organisatie en iets over zichzelf zeiden dat anderen wellicht
niet zouden weten. Het leverde mooie ontroerende verhalen op over bijdragen aan
het welzijn van Braziliaanse zwerfkinderen of vrijwilliger zijn bij een
gehandicaptenorganisatie. Waar weinig werd verteld kon ik inspringen met wat ik
op internet was tegengekomen. Wat ook hielp was mijn vermogen om iedereen
binnen een half uur bij naam te kennen. Mensen voelen zich dan al snel gezien,
gehoord en begrepen. En dat is nodig om ook anderen, en dus ook de
aanvankelijke vijand, te kunnen zien, horen en begrijpen.
C’est le ton qui faites la musique. De
toon was gezet en de dag werd een groot succes. Er werd gedeeld, veel gelachen
en mensen hebben zin gekregen om met elkaar verder te gaan. Geluk valt niet te
plannen maar met een beetje echte aandacht kom je wel iets dichter in de buurt.
Moet je natuurlijk wel voor openstaan en je eigen partijtje mee willen blazen.
Heeft u
behoefte aan een aandachtige dirigent die kan zorgen voor een onverwacht
akkoord? 0654784228
Abonneren op:
Posts (Atom)