vrijdag 27 december 2013
dinsdag 17 december 2013
vrijdag 13 december 2013
Vlinders
Een oude vrouw heeft twee grote kruiken, die ze aan de
uiteinden van een staak op haar schouders draagt als ze water gaat halen. Aan
het eind van haar lange tocht, van de put naar huis, is een van de kruiken waar
een barst in zit, nog maar half vol. De kruik die heel is, is trots op
zichzelf, maar de arme gebarsten kruik schaamt zich dat ze lek is. Ze is
verdrietig omdat ze nog maar half werk kan leveren. Twee jaar later spreekt ze
de oude vrouw aan als ze vlak bij de bron zijn: “Ik schaam me, want door de
barst die ik heb druppelt al het water weg als we naar huis lopen.” De oude
vrouw glimlacht:” Heb je gezien dat er bloemen bloeien aan jouw kant van de
weg, en aan de andere kant niet? Omdat ik wel wist dat je lek was, heb ik aan
jouw kant van de weg zaadjes gestrooid. Iedere dag heb je ze op de terugweg
water gegeven. Dankzij jou pluk ik al twee jaar prachtige bloemen voor op mijn
tafel.” De kruik slaakte een zachte zucht terwijl twee vlindertjes fladderden in het
Licht.
Drie rode rozen
Van drie zangen de eerste
en van die eerste een fragment.
Vraag niet, waar het geheel is,
aanvang en end.
Want alles is fragment.
Deel van het
alomvattende, dat men niet kent,
dat ik aanwezig weet of alleen maar vermoed,
dat ik niet uitspreken en toch uitspreken moet,
dat mij beheerst, dat mij gehoorzaamheid gebiedt
en als ik zoek en luister, dan vind ik het niet.
Er is in ieder woord een
woord,
dat tot het onuitsprekelijke behoort.
Er is in ieder deel een deel
van het ondeelbare geheel
gelijk in elke kus, hoe kort,
het hele leven meegegeven wordt
zondag 24 november 2013
De trotse kapitein
Op een stormachtige nacht met zware mist stond de kapitein op de brug van zijn indrukwekkende schip. Hij nam waar dat een vreemd licht in de verte zijn schip snel naderde. De machtige kapitein gaf onmiddellijk een order aan zijn seiner om het volgende bericht naar dat onbekende schip te seinen: "U bent op ramkoers. Verander onmiddellijk uw koers 20 grden naar het zuiden." Binnen een paar seconden kwam het antwoord: "Verander onmiddellijk uw koers 20 graden naar het noorden." De kapitein raakte hierdoor enorm geĆÆrriteerd en liet seinen: "Verander nu direct uw koers 20 graden naar het zuiden. Ik ben de kapitein." Het antwoord kwam weer direct:"Ik ben zeeman tweede klas, verander nu direct uw koers 20 graden naar het noorden."Het licht van et andere schip naderde nu snel. De kapitein was razend en seinde:"Ik waarschuw u, wij zijn een oorlogsschip."Het antwoord kwam weer snel:"Ik waarschuw u, ik ben een vuurtoren."
maandag 18 november 2013
zondag 17 november 2013
maandag 11 november 2013
maandag 14 oktober 2013
Dharma of drama; de pedagogie van het individu
In zijn boek De zin van het bestaan, beschrijft Victor Frankl op
indringende wijze het belang om te leren ‘dat
het er niet zozeer toe doet wat wij van het leven verwachten, dan wel wat het
leven van ons verwacht. (…) Vragen omtrent de zin van het bestaan kunnen
niet met algemene beweringen worden beantwoord. Het ‘leven ‘ is niet vaag, maar
zeer reƫel en concreet, evenals levenstaken. Zij vormen de bestemming van de
mens, een bestemming die voor ieder individu anders en uniek is. Geen mens en
geen levenslot is te vergelijken met een ander mens en een ander lot. Geen
enkele situatie herhaalt zich en iedere situatie vraagt een andere benadering.’
Aanvaarding, aandacht en actie. Of
misschien moet je wel zeggen: aanvaarding in actie. Mijn vrijheid zit in deze
aanvaarding. Niet krijgen wat ik wil maar willen wat ik krijg. In het eerste
geval is er de ambitie, in het andere is er de omarming van het moment. En daar
hebben we het natuurlijk moeilijk mee in onze westerse cultuur die gericht is
op voorspelbaarheid en uitsluiting van risico’s. En laat dat streven er nou net
de oorzaak van zijn dat we met zijn allen op een gevaarlijk, ongekend kantelpunt zijn aanbeland. Terwijl ik dit
schrijf merk ik dat ik afdwaal van mijn persoonlijke zoektocht. Ik word weer de
missionaris van mijn eigen gelijk. In plaats van dat ik schrijf dat ik op een
gevaarlijk kantelpunt afsteven, praat ik over de westerse cultuur en ons met
het grote risico dat ik de verkeerde afslag neem. Terug naar mijn eigen missie.
Wat is mijn bestemming of dharma? Wat is mijn (op)gave?
Kortgeleden gaf een vriend, Roeland Hogt, aan dat mijn gave is om de uniciteit van
mensen te herkennen en hen daar door middel van woorden en daden op te
verbinden. Zijn woorden deden en doen
mij goed. Ik voel mij hierin gezien, gehoord en begrepen. Hij ziet de weg die
ik bewandel en loopt een stuk samen met mij mee. Ik ben wel benieuwd waar deze
weg naar toe leidt maar laat het resultaat los. De weg is de weg. Het enige dat
ik heb te doen, is om stappen op die weg te zetten. En misschien is zelfs dat
niet nodig. Waarschijnlijk. Ook weer zo’n mooi woord. Waar-schijn-lijk. Het
schijnt waar te zijn. Maar is het dat ook?
Ik vind de vier stappen die genoemd worden in Authentiek Leven van
Stephen Cope, bijzonder verhelderend:
- Kiezen in overtuiging
- Vol overtuiging je toewijden aan je weg
- Doel loslaten
- Vertrouwen op de goede krachten
Een keuze. Drama of dharma? Noodlot of lotsbestemming? In drama zit altijd afkeer, afweer. In dharma gaat het om inkeer. En ‘de langste reis is de reis naar binnen.’ Een piepklein boekje, een eenhapscracker met een enorm voedende waarde van Dag Hammerskjƶld. Van hem het afsluitende gedicht: 6 juli 61
Vermoeid
en
eenzaam.
Vermoeid,
het
hart doet zeer.
Langs
de rotsen
sijpelt
de dooi.
De
vingers zijn stom,
de knieƫn
trillen.
Nu,
nu is het ogenblik daar
dat
je niet mag loslaten.
Anderen
vinden rustplaatsen
op
hun weg, in de zon
Waar
ze elkaar ontmoeten.
Maar
dit
is
jouw weg
en
het is nu, nu
dat
je niet mag falen.
Schrei
als
je kunt,
schrei
maar
klaag niet.
De
weg koos jou-
en
je moet dankbaar zijn.
zondag 22 september 2013
De Zwaan
De
laatste tijd voel ik mij in mijn element. Ik kom bijzondere mensen tegen die
net als ik het bedrog van het bedrag doorzien en van belangen naar verlangen
gaan. Delen in verbondenheid. Hoe anders was dat een tijdje geleden? Alsof ik
door een zwaar en zompig moeras mijn weg moest vinden. Een gedicht, dat dit
prachtigt illustreert, is de Zwaan van Rilke. Het water is zijn element, zijn
thuis.
Dit moeizaam door het ongedane gaan,
zwaar en als gebonden,
lijkt op de lompe gang der zwaan.
En het sterven, dit verlaten van de gronden
waarop wij dagelijks stonden,
gelijkt zijn angstige te-water-gaan
in wateren die hem zacht ontvangen
en die zich, als gelukkig om ‘t vervangen
onder hem terugtrekken, baan na baan;
terwijl hij zich, oneindig stil, steeds zekerder,
steeds waardiger en vorst’lijker
steeds kalmer peddelend door voelt gaan.
dinsdag 10 september 2013
Ode aan de Urbanisten
Een nieuwe
dag brak aan. De hoge glazen gebouwen aan de rivier weerspiegelden elkaar
terwijl de Zwaan zich baadde in een prachtig ochtendlicht. Het strand van het
Grote Getijdenpark was nog door geen
mens bevuild. Langs de branding stonden de voetafdrukken van de meeuwen nog als
dennennaalden zo scherp in het zand. Met veel wiekgeklap vlogen twee vogels op
en verdwenen uit het zicht, als waren ze opgezogen door de wolkeloze hemel
boven de Reinhaven. De oude man staarde hen een tijdlang zwijgend na en vroeg
zich peinzend af of ze weer terug zouden keren.
Langzaam
vulde het strand zich. Het stille krieken van de dag maakte plaats voor de
geluiden van de dag. Twee jongens vulden hun emmers en bouwden ijverig aan een
zandkasteel. En niet zo maar een zandkasteel, dit kasteel was anders. Niet
hoekig en harde kantelen maar prachtige ronde vormen. De O’s en A’s waren niet van
de lucht. Mensen verzamelden zich rond het tafereel maar de jongens waren zo
vol overgave aan het werk dat ze hen niet schenen op te merken.
De oude man
luisterde naar het briesje dat door de bomen ging, en staarde naar de hemel,
waar de blauwe lucht plaats maakte voor donkere wolken die boven de haven samenpakten.
Al snel vielen de eerste druppels en in korte tijd waren alleen de oude man en
de twee jongens nog op het strand. Nog steeds waren de twee gedreven aan het
werk maar zagen dat hun bouwwerk steeds meer inzakte ondanks hun verwoede
pogingen om het af te maken. De oude man sloeg hen gade, licht weemoedig. Hij
wist wat de jongens meemaakten. Ook hij had zandkastelen gebouwd.
Abonneren op:
Posts (Atom)