donderdag 18 oktober 2012

Van keukentafel tot coöperatie?

Voor ieder systeem geldt uiteindelijk dat er een keerpunt komt. En dat gaat natuurlijk ook op voor het onderwijssysteem dat, net als vele andere instituties, wordt geregeerd door een overdaad aan regels die vaak nog zichzelf tegenspreken ook. Gelukkig roepen regels ook tegendraads, rebels gedrag op. (grappig dat het verschil tussen rebels en regels slechts 1 letter is.) Mensen die ondanks of misschien wel dankzij het regelsysteem hun ontwerp vrijheid vinden. In de beperking toont zich de meester.  Met een aantal van hen voerden we gisteravond een keukentafelgesprek.

Iedere golf begint met een rimpeling. Iemand die een steen in de vijver gooit en kijkt tot waar de rimpelingen gaan. Gisteren was ik dat. Ik had zeven witte raven uit het Rotterdamse onderwijs uitgenodigd met de vraag hoe we het proces van collectief leren kunnen versterken en tot mijn grote verbazing had iedereen enthousiast gereageerd. Ondanks overvolle agenda’s waren deze mensen graag  bereid om met elkaar in dialoog te gaan over hun vak. Even tijd nemen om uit de tijd te stappen. De boel vertragen en wat dieper te reflecteren dan doorgaans mogelijk is. Geen debat, geen discussie maar een dialoog. Een gesprek zonder agenda.

Je diepste intentie bepaalt het uiteindelijke resultaat. Als die intentie gedeeld wordt, zijn geen uitgebreide plannen nodig, hoef je je geen zorgen te maken over het uiteindelijke resultaat. Dat zorgt dan prima voor zichzelf. Het enige wat je dan hoeft te doen, is een lijn trekken tussen de verschillende punten. Connecting the dots, zoals mijn goede vriend Kees Schreuders dat noemt. Fedor, één van de tafelgenoten, had het over de boeien waartussen gevaren wordt. Koers uitzetten en in lijn met de boeien je richting bepalen. En dan is het niet erg als je het eind niet in zicht hebt. Een binnenvaartschipper ziet ook niet wat er voorbij een bocht te zien is maar weet wel de koers vast te houden door in lijn met de boeien te varen.

Als je de bureaucratie er buiten houdt, dan is er heel veel mogelijk op zo’n hogeschool. Je moet je niet al te veel gelegen laten aan de regelgeving en gewoon de dingen doen die jij belangrijk vindt. Als het een succes wordt, dan is iedereen weer tevreden. Ook de menen die aanvankelijk het zouden afkeuren als ze er vanaf hadden geweten.” Mooie gesprekken ontstonden over het belang van echte opdrachten en het geven van autonomie aan studenten. “Ze moeten met knikkende knieën met hun ontwerp naar de opdrachtgever.” Over het belang van constructieve frustratie, niet alleen voor studenten maar ook voor de docenten zelf. Iedere opdracht moet ook een uitdaging bieden aan de docenten. Pas als iemand wordt uitgenodigd om een prestatie te leveren die net boven zijn vermogen ligt, ontstaat de mogelijkheid van flow.

Een deel van de avond spraken we over belangen. Van bedrijfsleven, studenten, docenten maar ook van bestuurders die niet noodzakelijk met elkaar in lijn hoeven te zijn. Of misschien wel contrair zijn. Emile vertelde over de opkomst van bedrijfsscholen en de terugloop van studenten Techniek in MBO. Het is niet denkbeeldig dat dit tot grote verschuivingen zal leiden in het educatieve landschap.  Van hieruit kwam het gesprek op coöperaties.  Van oudsher werden in Nederland veel publieke taken uitbesteed aan maatschappelijke organisaties. Geen winst, geen money control maar people control. Geen sturing op control met codes en systemen en met winstmaximalisatie als voornaamste doel, maar ketenverantwoordelijkheid met gelijkwaardige partners. Tegenover al die kolossen van organisaties zie je steeds vaker kleine initiatieven opkomen, variërend van buurten die met zonnepanelen hun eigen energie opwekken en het overschot verkopen (Tegenlicht; Power to the People) tot het ‘Broodfonds’, een alternatieve vorm van verzekeren tegen arbeidsongeschiktheid op basis van solidariteit bij ZZP-ers.

In de toekomst draait het minder om individuele of institutionele macht en meer om gebundelde kracht. Vrij naar de Trendrede. Kan een coöperatie een antwoord zijn op de problemen waar het onderwijs mee te maken heeft? Met een groep als deze met passie voor leren als gemeenschappelijk belang en  doel gekoppeld aan een grote behoefte aan autonomie, moet dat toch mogelijk zijn? Vragen genoeg voor een volgende keer. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten